In 1947 is de Britse heerschappij in India bijna ten einde. Koningin Victoria's achterkleinzoon, Lord Mountbatten, verhuist voor een periode van zes maanden met zijn echtgenote en dochter naar New Delhi. Als laatste onderkoning is het zijn taak de overgang naar onafhankelijkheid van het land te overzien. Al snel breekt geweld uit tussen de hindoes, moslims en sikhs, iets dat ook grote invloed heeft op de levens van de vijfhonderd personeelsleden in het paleis van de onderkoning.